Loading

Verhalen over oorlog en bevrijding in Overijssel Het WO2 Café

Er zijn niet veel kansen meer om nog levende getuigen te horen; mensen die de Tweede Wereldoorlog bewust hebben meegemaakt. Volgend jaar april viert Overijssel dat het 75 jaar geleden werd bevrijd van de Duitse bezetters. RTV Oost heeft samen met het Historisch Centrum Overijssel in de hele provincie verhalen en materialen opgehaald uit de Tweede Wereldoorlog. Dat gebeurde in WO2 Café's in bibliotheken in Overijssel. Waardevolle herinneringen van mensen aan de bevrijding van Overijssel. Maar ook spullen uit de bezettingsjaren die bewaard zijn gebleven.

Het WO2 Café is de start van het lustrumprogramma voor de viering van 75 jaar vrijheid. Op vele plekken in Overijssel konden inwoners van de provincie hun verhaal vertellen over de Tweede Wereldoorlog en de bevrijding. Een impressie:

HAAKSBERGEN

Hans Visschedijk: Mijn zusje is gestorven op de arm van mijn moeder bij het bombardement.

In het WO2 Café in Haaksbergen wordt voor het eerst duidelijk hoeveel verhalen er nog verborgen liggen in Overijssel over oorlog en bevrijding . Verhalen die misschien in kleinere kring bekend zijn, maar meer dan de moeite waard zijn om te blijven vertellen, zodat we ook na 75 jaar niet vergeten wat het betekent om in oorlog te leven.

Bombardement van Haaksbergen

Hans Visschedijk is één van de mensen die naar het WO2 Café komen. Hij maakte het bombardement van Haaksbergen, vlak voor de bevrijding, van dichtbij mee. Visschedijk verloor zijn zusje, terwijl zijn moeder en opa gewond raakten. Voor Visschedijk is het belangrijk dat het bombardement niet vergeten wordt, dat het herdacht wordt. Want dat gebeurde niet in Haaksbergen.

Yad Vashem

Bijzonder is ook het verhaal van meneer Kemkes uit Haaksbergen. Het gaat over zijn moeder, die in de oorlog een opmerkelijke positie innam in Haaksbergen en Enschede. Ze ging in het verzet en werd de leider van de knokploeg, toch vrij bijzonder voor een vrouw in die tijd in een land in oorlog. Op die manier redde ze vele Joodse mensen het leven. Daarvoor is ze ook geëerd. Meneer Kemkes bracht die bijzondere onderscheiding mee naar het WO2-Café in Haaksbergen.

De Joodse boeken van Clemens Wentinck

Clemens Wentinck kwam naar het WO2-Café in Haaksbergen met een aantal Joodse boeken die zijn familie tijdens de oorlog in bewaring had gekregen van Joodse mensen. Grote vraag is nu: van wie zijn ze?

John Perik: Mijn vader heeft geholpen die dode militair uit die tank te tillen.

John Perik uit Haaksbergen is geboren in 1944, in de oorlog dus. Maar bewust heeft hij er uiteraard niets van meegemaakt. De interesse voor die periode is er wel heel sterk. "Als mijn vader 's avonds wel eens vertelde over de Tweede Wereldoorlog dan waren we altijd te snel naar bed", glimlacht Perik. Zijn vader heeft aan de Grebbeberg gevochten en als militair het bombardement van Rotterdam meegemaakt.

Het oorlogsmonument in Haaksbergen en voorwerpen die werden meegebracht naar het WO2 Cafė.

ENSCHEDE

Een klein stro-poppetje, brengt Margot Bruinewoud nog steeds terug naar de nadagen van de oorlog. Terug ook naar het moment waarop ze, nu bijna 75 jaar geleden, het popje kreeg van een Schotse bevrijder.

Het ligt al sinds de Tweede Wereldoorlog op haar nachtkastje. Bewaard en gekoesterd als een soort talisman, een beschermengel. Het is ongeveer dertig centimeter lang en draagt een Schotse kilt. Rond de borst zit een groot gat in de kleding, het stro is zichtbaar. Maar repareren, dat doet ze niet.

Het oorlogsmonument van Enschede.

Indrukwekkende foto's

Bianca van Stratum bracht een hele serie bijzondere foto's mee naar het WO2 Café in Enschede. Foto's die onder meer waren gemaakt door haar vader toen hij in 1944 tewerkgesteld was in Berlijn bij Siemens. Foto's die nog steeds veel indruk maken op Van Stratum.

De helm van de moeder van Grace Zwier.

De moeder van Grace Zwier had in de oorlog een belangrijke taak. Zij bracht mensen onder die door bombardementen hun woning waren kwijtgeraakt. Belangrijk, maar ook gevaarlijk werk; waarvoor ze dan ook een speciale uitrusting had. Ze vertelt erover aan verslaggever Bart Kieft.

Blikken die de bevrijders meenamen naar Enschede.

Toen hij de oproep van RTV Oost hoorde om met bijzondere spullen naar de WO2 Café's te komen, dacht Menno van der Horst uit Enschede aan de blikken die hij nog ergens in huis had liggen. Eén zelfs nog met inhoud.

Kranten, een boekje en een dagboek uit de Tweede Wereldoorlog.

LOSSER

De WO2 Café's in Haaksbergen en Enschede brachten al een schat aan voorwerpen en informatie aan de oppervlakte over hoe het er aan toe ging tijdens de (laatste dagen van de) oorlog en ook tijdens de bevrijding. Ook in Losser was de respons groot.

Gerard Lansink: Ik vind het prachtig, ook de geschiedenis van die tijd.

Willy Muller bracht een speciale lamp mee naar het WO2 Café in Losser. Maar wat voor lamp is het nou precies? Waar werd ie voor gebruikt? Willy Muller weet het niet. Het enige dat hij er eigenlijk van weet, is dat zijn vrouw de lamp kort na de bevrijding kreeg van de Canadezen. Wie wel weet om wat voor lamp het gaat, kan zich melden bij RTV Oost of bij het Historisch Centrum Overijssel.

Granaat

Het ziet er uit als een vaas, maar dat is het niet. Een mevrouw kwam met een wel heel bijzonder attribuut uit de Tweede Wereldoorlog naar Losser.

Echt museumstuk

Gerard Lansink uit Oldenzaal kwam met een echt museumstuk naar het WO2 Café in Losser: een navigator die in een vliegtuig had gezeten dat in de nadagen van de oorlog vlakbij het huis van Lansink was geland, waarschijnlijk een Spitfire. Een aantal mensen, onder wie waarschijnlijk ook de vader van Lansink had er spullen af gesloopt. Uiteindelijk is de vliegcomputer in bezit gekomen van Lansink die er niet over peinst om het af te geven aan een museum. Daarvoor is het relikwie hem te dierbaar. "Ik vind het prachtig, ook de geschiedenis van die tijd."

Martinimonument in Losser
De schatkist van Hans Punte

Henk Brinkgreve was een Nederlandse officier tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij werd doodgeschoten tijdens een geheime missie in Losser. Een nichtje van Henk Brinkgreve kwam naar Losser om te vertellen over haar oom; een heel bijzondere man die op verschillende plekken in Overijssel wordt herdacht.

Spullen uit de oorlog die mee werden genomen naar Losser, waaronder een kogelwerend vest.

ALMELO

Van de Spitfire waarvan in Losser de navigator werd aangedragen, dook in Almelo één van de wielen op. Alphons Weiden heeft het in zijn bezit. Hij vertelde hoe het vliegtuig op hun grond neerviel en dat zijn vader en broers met paard en slee op pad gingen om het vliegtuig te bergen.

Risicovolle stempels

Hans Kuipers liet een Marschbefehl zien in het WO2 Café in de bibliotheek in Almelo. Daarmee kon zijn vader de straat op zonder het risico te lopen dat hij te werk gesteld werd, maar volgens kenner Paul Harmens van het Historisch Centrum Overijssel had een controle door de Duitsers ook heel anders af kunnen lopen voor de vader van Hans Kuipers.

Het Marschbefehl van de vader van Hans Kuipers.
Carbidlamp

Bij elk WO2 Café werden ook weer andere spullen meegenomen. Allemaal weer met een eigen verhaal. Verhalen die in de café's werden doorverteld zodat ook de jongere generatie zich realiseert wat er in Overijssel in de oorlog is gebeurd. Ben Mollink bracht een carbidlamp mee. Het licht van deze lampen was cruciaal bij wapendroppings door vliegtuigen boven onze provincie.

Spullen over of uit de oorlog die mee werden genomen naar het WO2 Café in Almelo.

HOLTEN

Canadese begraafplaats

Wie aan Holten denkt, denkt ook vrijwel direct aan de Canadese begraafplaats, die in totaal 1394 graven telt. Het is daarmee één van de grootste militaire begraafplaatsen van Nederland. Op de Canadese begraafplaats hebben naast 1355 Canadezen ook 36 Britten, 2 Australiërs en een Belg hun laatste rustplaats gevonden. Holten was uiteraard ook één van de locaties voor een WO2 Café.

Granaathuls

Jenna Hoekman kwam met een heftig verhaal naar Holten. Ze toonde een koperen granaathuls. De nu 88-jarige Hoekman overleefde samen met haar familie aan het eind van de oorlog beschietingen van de Canadezen, die veel boerderijen tussen Deventer en Holten in brand schoten bij heftige gevechten met Duitsers. De granaathuls is er een overblijfsel van.

Jenna Hoekman: Het was één vuurzee. Ik besef nu pas hoe erg het was voor mijn ouders.

Parachute-stof

De 82-jarige Hennie Meijerink heeft een wit jurkje met oranje stiksels bij zich. Ze drukt het tegen zich aan. Het past. "Het voelt net alsof ik bevrijd ben", zegt ze stralend. Het jurkje is gemaakt van parachute-stof en zeldzaam "Een gaaf jurkje zoals dit kom je heel enkel nog tegen. Hier zijn wij van het museum dol op", zegt Joop Staman van het Memory Museum in Nijverdal.

Het jurkje is na de bevrijding niet gedragen door Hennie Meijerink maar het past haar wel.
Priegelwerk van een tandarts in oorlogstijd

Dat het handig is als je in de oorlog technisch goed onderlegd bent, bewees de vader van Roel Hartzema. Hij was tandarts, maar maakte van een doosje dat er uit zag als een sigarenkistje een heuse ontvanger waarmee de familie Hartzema Radio Oranje kon luisteren. Daarna ging het deksel weer op de kleine ontvanger en niemand zag dat het sigarenkistje dat in de kast stond eigenlijk een radio was, ook de Duitsers niet.

HARDENBERG

Het dagboek van de moeder van Derk te Rietstap

Derk te Rietstap uit het buitengebied van Hardenberg is vernoemd naar zijn vader, de verzetsman die door de Duitsers werd gefusilleerd. Hij is in het WO2 Café in de bibliotheek in Hardenberg met de sjaal die zijn vader om had toen hij aan het einde van de Tweede Wereldoorlog werd doodgeschoten. Die liquidatie vond plaats in het voorjaar van 1945 in Varsseveld. Derk te Rietstap junior werd geboren in de zomer van 1945, na de bevrijding dus. Hij heeft zijn vader nooit gekend.

De sjaal die de vader van Derk te Rietstap doeg bij zijn executie, rechts het kogelgat.

Hendrika Hermina Bos is vernoemd naar haar oom die op de eerste dag van de oorlog is gesneuveld. In haar huis hangt een oorkonde ter nagedachtenis aan de man die stierf voor onze vrijheid. "Ik vind het wel bijzonder dat ik naar hem vernoemd ben. Daar ben ik best trots op." Nu hangt het nog in de gang van haar woning, maar als ze er zelf er ook niet meer is, zou het fijn zijn als de oorkonde uiteindelijk in een museum terechtkwam, vindt Bos. Zodat haar oom niet vergeten zal worden.

Bomscherf, gevonden door de vader van Jan Ranter
Een bijzonder toilet in Hardenberg.

Twee mannen kwamen het WO2 Café in Hardenberg binnenlopen met een toiletpot en niet zomaar één. Deze is afkomstig uit een bommenwerper die tijdens de oorlog is neergestort. En hoewel het vliegtuig daar grote schade bij op liep, bleef de toiletpot nagenoeg onbeschadigd. Uniek volgens kenner Joël Stoppels.

Je denkt nog die Duitsers, dat zal meevallen, maar er is nooit iets van meegevallen.
De tekening van Jo Geertman die laat zien waar de militair Geert Jan Eilander werd neergeschoten.

De dood van een militair

Jo Geertman vertelt in het WO2 Café in Hardenberg over de dood van militair Geert Jan Eilander. Ze was er als vijfjarig meisje getuige van hoe de militair werd neergeschoten door de Duitsers. Dat gebeurde voor haar huis. Het maakte een verpletterende indruk op haar. Zo erg zelfs dat ze er nu nog nog steeds met moeite over praat.

ZWOLLE

Bijzonder turfschip

Meneer Veltman uit Zwolle vertelde het verhaal van het turfschip van zijn opa dat een zeer belangrijke rol heeft gespeeld bij de bevrijding van Zwolle. Een verhaal dat lang niet bij iedereen bekend is. Paul Harmens van het Historisch Centrum Overijssel kende het verhaal wél, maar ook niet helemaal. Nu wel en daar is hij heel blij mee.

Greet Warmerink over haar ouders die Joodse onderduikers hadden: zou ik het hebben gedurfd?
De Yad Vashem voor de ouders van Greet Warmerink.

Als Greet Warmerink naar haar ouders keek, vroeg ze zich wel eens af: 'zou ik het hebben gedurfd?' Het antwoord luidt: waarschijnlijk niet. De ouders en grootouders van Greet Warmerink legden hun leven in de waagschaal om dat van Joodse mensen te redden. Meerdere Joodse onderduikers, onder wie kinderen, verscholen zich in de oorlog op de boerderij in Lemele. De ouders van Greet Warmerink werden onderscheiden met de Yad Vashem, een hoge Joodse onderscheiding.

Anton Kijk in de Vegte

Het verhaal van Anton Kijk in de Vegte laat zich vertellen als een indringende oorlogsfilm. Het is het verhaal van een man die tijdens de oorlog in Hasselt woonde en te werk gesteld werd in Duitsland. Hij mocht even terug naar Nederland waar hij onderdook. Toen hij werd verraden, verbleef hij in verschillende kampen om uiteindelijk na vele omzwervingen weer terug te keren naar Nederland.

Zoon Dick ontdekte het verhaal van zijn vader pas in 2009 nadat ook zijn moeder was overleden. Het verhaal van Anton Kijk in de Vegte is bij elkaar geschraapt uit trommeltjes en tasjes, ontdekt tijdens het leeghalen van de woning van de moeder van Dick Kijk in de Vegte.

NIJVERDAL

Oranje jurkje

Aaltje Ligtenberg bracht een oranje jurkje, mutsje en foto's mee naar het WO2 Café in Nijverdal. Want in dat oranje jurkje liep ze, nu bijna 75 jaar geleden, als tweejarig meisje rond nadat Nijverdal bevrijd was. Haar moeder had het jurkje en mutsje altijd zorgvuldig bewaard.

De Duitse radio van Piet Lassche.

Als Piet Lassche de Duitse radio aan zet die hij heeft meegenomen naar het WO2 Café in Nijverdal, kun je je een voorstelling maken hoe dat in de oorlog moet zijn gegaan. Nu is er niet veel meer te horen dan wat gepiep en gekraak, maar het apparaat ademt historie. Lassche kreeg het ooit van iemand die de radio uit een bunker in Scheveningen had gehaald.

Dagboek

De vader van Jeroen Piksen hield van 18 juni 1944 tot 29 december 1946 een dagboek bij. Eén van de meest indrukwekkende fragmenten gaat over het bombardement van Nijverdal op 22 maart 1945. Dat bombardement had grote gevolgen voor de familie Piksen.

De familie Piksen

Scheerkwast

August Weikamp ziet er strak geschoren uit. Ook al scheert de 92-jarige inwoner van Haarle zich al sinds Pasen 1945 met dezelfde Canadese scheerkwast.

De scheerkwast van August Weikamp.

Er zitten nauwelijks haren meer op en het handvat lijkt wat roestig. Maar August Weikamp krijgt nog steeds een bevrijd gevoel als hij de scheerkwast gebruikt die hij van de bevrijders kocht.

Spullen die werden meegenomen naar het WO2 Café in Nijverdal.

DEVENTER

Vergeten verzetsstrijder

Amateurhistoricus Huub van Sabben, doet onderzoek naar Gerrit van Brakel, een vergeten verzetsstrijder die op 'beestachtige wijze' vermoord is door de Duitsers. Dat gebeurde op landgoed Oxerhof in Deventer. Hij is samen met anderen doodgeslagen en vreselijk verminkt. Maar niemand kent hem eigenlijk en zijn naam komt ook niet voor op monumenten. Van Sabben onderzoekt hoe dat kan. Hij wil dat Van Brakel als verzetsman erkend wordt. Bovendien moeten de stoffelijke resten van Van Brakel die nu nog begraven liggen in Deventer worden overgebracht naar het nationaal ereveld in Loenen. Daar heeft Van Brakel recht op, vindt Huub van Sabben. Van Sabben vertelt het verhaal van Gerrit van Brakel aan verslaggever Bart Kieft.

Het Mobilisatie-Oorlogskruis van Arnold van der Lande.
Het Mobilisatie-Oorlogskruis.

Onderscheiding

Arnold van der Lande uit Deventer zou best wat meer met zijn borst vooruit mogen lopen. De Deventenaar is de trotse bezitter van het Mobilisatie-Oorlogskruis. Dat is een Nederlandse onderscheiding, ingesteld door koningin Juliana. Van der Lande kreeg het kruis voor de hulp die hij bood aan de geallieerden bij de bevrijding van Nederland. Daarbij legde Van der Lande zijn eigen leven in de waagschaal. Hij blijft er zelf opvallend bescheiden onder.

De machtiging die hoorde bij het Mobilisatie-Oorlogskruis.

Engeltje

Indrukwekkend en ook schokkend is het verhaal waarmee Lex Rutgers van het Etty Hillesum Centrum naar het WO2 Café in Deventer komt. Het is een foto van een groep Joodse kinderen. De foto is gemaakt in september 1942. Alle kinderen op de foto hebben de oorlog niet overleefd, op eentje na. Het meisje midden op de foto, in het wit.........

Een engeltje in het wit midden op een foto

Oorlogsdagboeken

Mark Deckers van de bibliotheek in Deventer liet een aantal oorlogsdagboeken zien. Dagboeken die in de oorlog zijn bijgehouden door de toenmalige directeur van de bibliotheek en twee jonge vrouwen die in opleiding waren tot assistent. Vooral de verhalen van de twee jongedames laten zich volgens Deckers lezen als heuse romans.

Kenner Joël

Joël Stoppels is een verzamelaar van spullen uit de Tweede Wereldoorlog, maar ook een absolute kenner van die periode in de wereldgeschiedenis. De oorlogshistoricus duidde in Deventer niet alleen spullen die andere mensen meenamen naar het WO2 Café, zelf nam hij ook spullen mee. Onder meer een hakenkruisvlag die de Canadezen buit maakten in de Tweede Wereldoorlog.

Spullen die Joël Stoppels mee nam naar het WO2 Café in Deventer.
Spullen die werden meegenomen naar het WO2 Café in deventer (Foto's: Marcel Mentink)

OMMEN

Kamp Erika
Mensen kwamen soms op een halve schoen en een sok.

Meneer van de Veen woonde in oorlogstijd in de omgeving van Ommen en zag in de oorlog regelmatig voedselzoekers langskomen. Ze waren armoedig en verloren soms wel eens de moed. "Dan hadden ze bij boeren voedsel opgehaald en kwamen ze aan de IJssel waar de Duitsers stonden en dan werd het hen weer afgepakt." Dertig of veertig op een dag zag Van de Veen wel langskomen. "Hele rijen en het was ook nog een vrij strenge winter. De mensen hielpen elkaar er door."

Johan Overweg toont in het WO2 Café in Ommen archeologische vondsten die hij de afgelopen jaren in de buurt van Kamp Erika heeft gedaan. Een plek met een historie, waar Overweg in eerste instantie eigenlijk niets van wist. Hij is gaan zoeken en heeft toen het hele verhaal van kamp Erika gelezen. Langs het spoor in Ommen heeft Overweg veel hulzen gevonden, afgeschoten door vliegtuigen. Maar ook een naamplaatje van een Amsterdammer die in de oorlog in Ommen werd ondergebracht. Overweg spoorde de familie van de man op.

Bommen op het huis van Leida Bruins

Een brief van Kamp Erika over elektriciteit voor de familie Lemmers.

Leida Bruins woonde toen ze nog Leida Lemmers heette vlakbij kamp Erika. Het gevoel dat haar van die tijd het meest is bijgebleven, is angst. "Mijn moeder had mij geleerd dat de jagers die overvlogen een hoog geluid maakten. En daarna kwamen de bommenwerpers." Op een dag hoorde ze de jagers komen, maar was ze niet in staat om te bewegen. Uit pure angst lukte het niet, ze had zelfs in haar broek geplast. Haar moeder greep haar en nam haar mee naar de kelder. "Ze was heel boos op mij en dat vond ik onterecht. Ik wilde wel lopen maar ik kon het niet", vertelt ze. Zelf hadden zij en haar moeder geen contact met kamp Erika. Haar vader wel. Leida Bruins vertelde in het WO2 Café hoe haar vader, die melk leverde aan het kamp, met kampcommandant Diepgrond onderhandelde om stroom op de boerderij te krijgen.

Correspondentie van kamp Erika die Leida Bruins mee nam naar het WO2 Café.

RAALTE

Kerkklokken

Frits Loggen uit Diepenveen komt met een grote metalen huls met houten handvat naar het WO2 Café in Raalte. Het blijkt een loodzware bel, die veel geluid maakt. De monniken van Klooster Sion hadden van de huls in de Tweede Wereldoorlog een bel gemaakt.

Bladzijden uit het poëzie-album met een foto van een Canadese soldaat die er in heeft geschreven.

Uniek poëzie-album

Mevrouw Jansen brengt een Poëzie-album mee. Een album dat haar moeder in de oorlog bij een vriendinnetje in Holten had laten liggen. In een woning waar de Duitsers waren ingekwartierd. En die Duitsers schreven in het album. Maar niet alleen zij, later deden de Canadezen hetzelfde, wat het album een uniek document maakt.

Veel verhalen die langskomen in de WO2 Café 's zijn bizar of indrukwekkend of allebei. Door wat mensen vertellen, kom je erachter wat zij zelf of hun naasten hebben beleefd in de oorlog. Pierre Peters vertelt in Raalte over het bombardement van Hengelo. Hij was toevallig niet op de plek waar hij wél had moeten zijn toen de bommen vielen en kan het nu navertellen.

Spullen uit de oorlog die werden meegenomen naar het WO2 Café in Raalte.

Steenwijk

Natuurlijk kenden we angst, maar we deden het gewoon.

Annie Mulder verzorgde Joden in de oorlog. Ze hoorde 10 mei 1940 van het hoofd van de school dat het oorlog was en dat niemand wist wat er ging gebeuren. Ze maakte haar school gewoon af omdat de oorlog rustig begon. Na school kwam ze bij een familie in de huishouding waar Joden ondergedoken waren. Hulp aan de Joden ging eigenlijk vanzelf, vertelt de nu hoogbejaarde Annie Mulder.

Gedenkplaat

Een gedenkplaat in een vitrinekast in de bibliotheek van Steenwijk getuigt van een triest verhaal. Julia de Vries was aan het begin van de Tweede Wereldoorlog directeur van de bibliotheek. Ze stierf uiteindelijk in concentratiekamp Auschwitz. Voor oud-bibliotheekmedewerkster Klaassen een verhaal dat absoluut niet vergeten mag worden. Bij haar pensionering vroeg ze om een gedenkplaat voor Julia de Vries, nu zichtbaar op de eerste verdieping van de huidige bieb aan de Meppelerweg.

Het Poëzie-album van mevrouw Bottema.

Gonnie Bottema kwam met een poëzie-album naar het WO2 Café in Steenwijk. Het album is van de de toenmalige burgemeester van Steenwijk, Arius Hendrik Goeman Borgesius. Hij zat met zijn vrouw, haar moeder en twee dochters ondergedoken bij de familie Bottema. Eind van de oorlog is dat geweest. "Dat bewaar je toch?", zegt Bottema vol overtuiging tegen verslaggever Bart Kieft. Ze was zes jaar toen de oorlog voorbij was en kan zich de laatste jaren nog goed herinneren.

Wat brachten mensen mee naar Steenwijk?

DALFSEN

De Joodse slagersfamilie Vomberg

Het trieste lot van een Joodse slagersfamilie

Nog steeds moet Henk van der Beek uit Dalfsen slikken en worden zijn ogen vochtig als hij denkt aan het trieste lot van de Joodse slagersfamilie Vomberg in de Tweede Wereldoorlog. Aan de hand van de correspondentie van de broer van zijn oma heeft hij een vrij nauwkeurig beeld van het treurige einde van het leven van de Vombergs. De slagersfamilie uit Dalfsen, later Ommen, kwam via de kampen Vught, Amersfoort en Westerbork in vernietigingskamp Sobibor terecht. Daar zijn ze omgekomen.

Een bordje met emotionele waarde

Mevrouw Peters-Oegema, is naar het WO2 Café gekomen met een wandbordje. Daarop de beeltenis van een jonge Juliana met prins Bernhard. "Dat bordje is in de oorlog bij ons van de wand gehaald door twee NSB-ers en een Duitser. Ze gooiden het in het kanaal bij ons huis."

Het bordje met daarop een jonge Juliana met prins Bernhard dat in het kanaal verdween.

Klein maar dodelijk

In Dalfsen komt een revolver op tafel die gebruikt is door verzetsstrijder Max van Kleef om een bewaker van Kamp Erika in Ommen mee dood te schieten op het station in Dalfsen. Het gebeurde op Dolle Dinsdag, 5 september 1944. Het verhaal van die liquidatie wordt verteld aan verslaggever Bart Kieft.

WIERDEN

Een houten kruis en een vlag

De Canadees Wickstrom werd door de Duitsers doodgeschoten toen hij op 8 april 1945 met hoge snelheid Wierden binnenreed. De Duitsers gaven hem een tijdelijk graf in het centrum van Wierden en zetten daar een zelfgemaakt houten kruis op. Later verhuisden de stoffelijke resten van Wickstrom naar de algemene begraafplaats in Wierden, nu ligt hij al weer jaren op de Canadese begraafplaats in Holten.

De vlag, het kruis van de Canadees Wickstrom en een vliegtuigonderdeel.
De landkaart van een neergestorte piloot

Zijden landkaart

Engelbert ter Haar heeft een plastic tasje meegenomen met daarin onder meer een zijden landkaart die werd gebruikt door geallieerde piloten. De kaart werd gevonden bij een neergestort vliegtuig bij Enter, waarbij vier inzittenden om het leven kwamen. Opvallend is dat de kaart net als veel andere waardevolle spullen bij een inbraak bij Ter Haar werd ontvreemd. "Later is onder meer de landkaart teruggevonden in het water. De zijden kaart is nog steeds intact", aldus Ter Haar.

De transformator van meneer Smoes uit Vriezenveen.

Transformator

Meneer Smoes uit Vriezenveen bracht een bijzondere transformator mee naar het WO2 Café in Wierden. Een transformator die vaak gebruikt werd door het verzet om zendapparatuur van stroom te voorzien. In de oorlog werd de transformator waarschijnlijk gebruikt door de vader van Smoes.

KAMPEN

Een Stolpersteine in Kampen.

Geen gewone stoel

Foute stoel

Erna Vrugteveen uit Zwolle is in het bezit van de stoel van de hoogste Nederlandse baas namens de Duitsers in ons land tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ze heeft de stoel meegenomen naar het laatste WO2 Café in de Stadskazerne in Kampen.

Uitzendingen RTV Oost

RTV Oost maakte registraties van de gesprekken in de WO2 Café's. Samenvattingen daarvan worden uitgezonden op TV Oost. Uitzendingen zijn: zaterdag 6, 13, 20 april vanaf 17.35 met elk uur een herhaling. De eerste twee afleveringen kunt u hieronder terugkijken.

Heeft u een vraag over het WO2 Café? Mail Ewout van der Horst van het Historisch Centrum Overijssel op evanderhorst@historischcentrumoverijssel.nl

Deze longread wordt regelmatig aangevuld met nieuwe verhalen uit Overijssel over de oorlog en de bevrijding.

WO2 Café is een initiatief van Historisch Centrum Overijssel en RTV Oost in samenwerking met Overijsselse bibliotheken, historische verenigingen en Rijnbrink en wordt gefinancierd door Provincie Overijssel.

Created By
Pepijn Bolscher
Appreciate